menu

"Biodynamische landbouw - gezond gerijpt voedsel"

De biodynamische landbouw heeft als bronnen zowel duizenden jaren landbouwcultuur als het onderzoekswerk van Rudolf Steiner. Op vragen van landbouwers gaf hij in Koberwitz, in Polen, voordrachten (van 7 tot 16 juni 1924). Hij keek naar relaties tussen de minerale wereld, planten, dieren, de seizoenen en de mens: "De mens wordt tot grondslag gemaakt". Een voeding die het menselijke organisme meer activeert, en smaakvoller is, was een van de vele motieven.

De landbouwers kregen overweldigend veel nieuwe samenhangen te horen en ook praktische handgrepen om het eigen bedrijf verder te ontwikkelen richting bedrijfsorganisme en bedrijfsindividualiteit.

Een gezond zich ontwikkelende levenssamenhang door de seizoenen en jaren heen is de grondslag voor gezonde levensmiddelen. Meer biodiversiteit en een robuuster en intiemer samenspel tussen het leven van de bodem, de planten en de dieren versterken de voedende krachten.

Gezonde bodem voorwaarde voor gezond voedsel

Hoe meer de boer vertrouwd raakt met het wel en wee onder steeds wisselende omstandigheden en zelf samenhangen tussen het leven van de dieren, de planten, de bodem en de seizoenen gaat ontdekken, des te creatiever kan hij werken aan gezonde voeding voor de mensen uit de omgeving.

Bodems waarop decennia´s lang (!) biodynamisch gewerkt is, hebben veel meer humus en biodiversiteit dan de bodem van andere bedrijven uit de omgeving. Het vruchtbaar maken van de bodem met behulp van vruchtwisseling, veehouderij, compostering, hagen, natuurbeheer, bemesting, het gebruik van preparaten etc. is een van de hoofdtaken van de boer.

Vruchtbare gronden zijn vaak te danken aan lange periodes van landbouw bedrijven. Er waren nogal wat biodynamische pioniers die op extreem arme gronden begonnen zijn en aan de volgende generatie een bedrijf overdroegen met veel gezonde klanten. Het werken aan een bedrijfsindividualiteit en een langzame en duurzame bodemverbetering gaan samen op. Het eigen bedrijf is de beste leermeester voor productie van gezonde levensmiddelen!

De kunst is dat de bodem van decennium tot decennium en de planten van jaar tot jaar een meer bedrijfseigen en soorteigen ontwikkeling kunnen doorlopen. Hoe meer soort- en bedrijfseigen substanties zich vormen in de rijpingsfase, des te groter wordt de voedende waarde.

Bedrijfseigene, zaadvaste rassen

Voor het produceren van goed gerijpte voedingsplanten is ook zaadgoed dat aan de lokale omstandigheden aangepast is, een voorwaarde. Bedrijfseigene, zaadvaste rassen kunnen bovendien sensibeler reageren op extreme omstandigheden, zoals langdurige droogte en hitte, dan rassen die in laboratoria gefabriceerd zijn voor monocultuurvelden met homogene groei en hoge opbrengst onder gecontroleerde omstandigheden. Door te selecteren op planten met goede wortelactiviteit gaat de veredeling richting soorten die gedijen bij een lagere stikstofgift, droogte etc.

Bij onderzoek aan de ontwikkeling van courgette (1997) viel me op dat de planten van het zaadgoed van de Bolster intensiever reageerden op het zonlicht dan planten van ander zaadgoed en beter houdbare vruchten voortbrachten. Bij de jaarlijkse selectie was gekeken naar harmonische vormen, het resultaat van een gezonde ontwikkeling. De veredelaarster Chris Douwes noemde de goede bodemverzorging de belangrijkste voorwaarde voor de productie van goed zaadgoed.

Telers kiezen voor een ras om praktische en finan­ciële redenen, meestal niet om voedingskundige redenen. De moderne rassen zijn universele rassen: het zijn rassen, die zodanig veredeld zijn dat ze overal waar de om­standig­heden gestandaardi­seerd zijn (zoals de hoeveel­heid kunstmest) een hoge productie geven.

In de biodynamische landbouw is de veredeling deel van de teelt. Zodoende ontstaan er rassen die aan de locatie aangepast zijn. Dat maakt de planten beter bestand tegen weersinvloeden. Zij leveren in een goed teeltjaar niet zo veel kilo­gram op als de moderne rassen, maar zijn beter aangepast aan de bijzondere omstan­digheden van die plek. De veredeling speelt een grote rol in de weerbaarheid van de gewassen, zoals weinig schimmelziektes bij hoge luchtvochtigheid en goede wortelactiviteit bij droogte.

Door jarenlang vakkundig telen, waarnemen en selecteren kan zaad­goed ont­staan dat voor deze plek de meest geschik­te is. Het zaaizaad is immers afkomstig van planten die in de voor­afgaande jaren onder deze speci­fieke le­vensomstan­dig­heden een gezon­de ontwikkeling doorlo­pen heb­ben, bepaal­de omgevingsinvloe­den opgeno­men hebben en goed afgerijpt zijn. In de loop van de jaren kun je aan de planten aflezen dat de eigenschappen van het zaaizaad aan het veranderen zijn. Bij het telen van zaadgoed wordt er dus ook gekeken naar de wijze waarop de plant om­gaat met de om­ge­vingsinvloe­den.

Voedingskundige aanbevelingen
-
cultureel en economisch bepaald

De academische voedingswetenschap kan de vraag of sterkere planten die extreme omstandigheden beter kunnen compenseren en beter afrijpen meer voedingswaarde hebben, slechts beperkt beantwoorden. Alleen het stoffelijke wordt vergeleken.

De opvatting dat het de stoffen zelf zijn die ons voeden, dat de gehaltes aan eiwitten, aminozuren, vitamines en andere micronutriënten, cholesterol, linolzuur, omega-3 vetzuren, probiotica enz. de voedende waarde bepalen, heeft veel kennis van kwantitatieve gegevens voortgebracht. Verfijnerde analytische methodes in combinatie met klinisch onderzoek hebben aangetoond dat er oneindig veel interacties optreden bij het verteren en dat er grote individuele verschillen zijn tussen opname en biologische beschikbaarheid.

De voedingswetenschap is een relatief jonge wetenschap, voortgekomen uit onderzoek naar gebrekziektes. Sinsdien bepalen welvaartziektes het onderzoeksveld. De voedingskundige aanbevelingen zijn mede cultuurbepaald en veranderen in de loop van tijd. Tegenwoordig wordt het Mediterraanse eten aanbevolen: verse groente en fruit, volkoren granen, noten, olijfolie, zelf koken, minder vlees.

De bewerking beïnvloedt ook de voedende waarde. "Ultra-processed foods" (geproduceerd via complexe industriële processen zoals fractionering, chemische modificatie, extrusie, hydrogenatie) leidt tot meer hongergevoel en overconsumptie. "A calorie is not a calorie".

Melkpoeder is een voorbeeld van ultrabewerkt voedsel. Economische belangen spelen een veel grotere rol in de voedingswereld dan voor de ontwikkelingsrichting van de landbouw en de gezondheid van de mensen goed is.

In de zon gerijpte vruchten
-
een biodiversiteit aan stoffen

Veel Nederlanders ontdekken in het buitenland dat vruchten en groentes veel meer smaak en geur hebben, en hun beter voeden, dan wat ze gewend zijn. Zonnelicht en zonnewarmte en een andere vorm van landbouw maken het mogelijk dat de voedingsplanten meer geur en smaak hebben, beter afrijpen dan wat de Nederlandse supermarkten in de aanbieidng hebben.

Geur en smaak hebben voor de vertering veel meer betekenis dan het opwekken van bepaalde gevoelens en herinneringen, zie Jasmin Peschke: Peschke_Aroma.pdf

Voedingsplanten onderscheiden zich van andere planten doordat ze o.a. op een vruchtbare bodem eerst goed gedijen en vervolgens "voedingsvrucht" gaan worden. In het eetbare gedeelte (wortel, blad, stengel, vrucht, zaad) vindt vooral naar binnen toe differentiatie plaats, een grote diversiteit aan complexe substanties ontstaat. Bij het hoofdvoedingsmiddel granen neemt de groei steeds meer af. De fysiologische processen verleggen zich steeds meer in het zaad, ze concentreren zich. De planten worden droger, de processen vertragen geleidelijk aan en de planten sterven verder af. Een frisse krop sla wordt geoogst voordat de pit uitgroeit en ministeeltjes zichtbaar worden, de generatieve processen gaan beginnen. In die tussenfase groeien er veel kleine binnenste bladeren met een aantrekkelijke, frisse sla-typische smaak. Zo´n rijpe krop is een bladgewas-vrucht.

Bij de vertering van zulke slabladeren verrichten we meer en ander "analysewerk" dan bij de vertering van waterige kroppen met grote bladeren met weinig structuur en smaak. Het stofwisselingssysteem wordt anders in gang gezet. De vraag is wat dit betekent voor de voedende waarde. Door zo´n vraag te stellen, kan het werk van de teler op zijn ware verdiensten beoordeeld worden: De teler produceert niet alleen koolhydraten, vitamines, eiwitten enz., hij laat bedrijfs- en soorteigen substanties ontstaan.

In een levendige, vruchtbare grond gedijen veel verschillende planten. Een bord met gerijpte voedingsvruchten met een grote biodiversiteit aan substanties zijn voor de zich voedende mens als het ware een vruchtbare bodem. Jong of oud, iemand die buiten veel beweegt of iemand die veel binnen, iemand die zich gezond of zwak voelt, je stofwisselingssysteem wordt goed in gang gebracht en slaagt erin uit de levensmiddelen dat te halen wat nodig is voor het lichaam en de dagelijkse activiteiten.

Afbraak en opbouw
-
analyse en synthese

Verteren houdt immers meer in dan een afbraakproces tot kleine bouwstenen, tot gluciose, aminozuren etc. Dat kun je bij het eten van bijv. appel, pruim, wortel, chocolaatje goed bemerken Bij het ruiken, proeven en kauwen van een friszure appel komt je stofwisselingssysteem anders in actie dan bij een chocolaatje dat wegsmelt op de tong. Wanneer iets eruit ziet als een aarbeientoetje, maar je proeft een aardse bietensmaak, doet het je niet goed. De specifieke reactie op dat wat van buiten naar binnen gaat, kun je bij het ruiken en proeven wel ervaren. Wat er vervolgens in de maag en darmen etc. gebeurt, ontrekt zich geheel en al aan het bewustzijn, als alles goed verloopt. De sensorische eigenschappen activeren enzymen waarmee de substanties in de mond, maag en darmen steeds verder "ontvormd" worden. Terwijl het stofwisselingssysteem geactiveerd wordt, voel je je verfrist en gesterkt door een appel, wortel of chocolaatje. Een levensmiddel kan, oals het drinken van thee of koffie, direct activerend werken.

Het verteren van die "buitenwereld" kun je ervaren als een "stroom van boven naar beneden". Verteren is een vorm van analyseren. Met welke tegenstroom reageeert het organisme? Het complementaire van analyseren is het synthetiseren. Het levende organisme werkt voortdurend aan opbouwende, synthetiserende processen. Die verlopen in verschillende tempo´s. De slijmen in de darmen vernieuwen zich veel sneller dan je spiersubstanties. De pezen hebben nog meer tijd nodig voor herstel dan spieren. Na een botbreuk kan het nog jaren duren totdat ook het meest kwetsbare hersteld is.

In je lijf volbrengen afbraak en opbouw, analyseren en synthetiseren een groots samenspel, elk met zijn eigen ritmes. Hoe beïnvloedt het kortstondige verteren zowel de snelle als de langzame opbouwende processen?

Het organische tussengebied
tussen analyse en synthese

Zowel bij de analyse als bij de synthese zijn buiten- en binnenwereld in samenspel. In het organisme is een voortdurend veranderde "tussenwereld" waarin dat wat het organisme nodig heeft organiserend betrokken is bij het verteren. Levert de analyse informatie over de wijsheidsvolle syntheses die de levensmiddelen doorlopen hebben? Wordt de eigen opbouw als het ware geinspireerd door die informatie ? En wordt de eigen daadkracht versterkt door de eigen activiteiten bij het analyseren?

Na een zware maaltijd worden we slaperig, in ons organisme domineren de afbrekende processen. Al het opgenomene moet eigen gemaakt worden, anders werkt het in het organisme als vreemde buitenwereld. Bij een allergie tegen bijv. aardbeien, kunnen bepaalde substanties uit de aardbeien niet verteerd worden en reageert het gehele organisme met jeukende opzwellingen.

De substanties die bij het rijpen gecomponeerd zijn, leven na de vertering in het inwendige van de mens op volkomen andere wijze voort. Het functioneert als een levende bodem voor de opbouwende, synthetiserende levensstroom van het organisme. Wat nodig is wordt gebruikt; wat niet nodig is, wat afgescheiden of hoopt zich op.

In de landen om de Middellandse Zee is er meer zonnelicht en zonnewarmte, de planten rijpen veel intensiever af. Uit voedingskundig onderzoek is gebleken dat Mediterraans eten gezond is. Wat daar gegeten wordt, draagt blijkbaar bij aan een goede opbouw, synthese.

Intermezzo:
tegengestelde stromen-
eigen aan het leven

  • Het leven op aarde is verwoven met de stijgende en dalende gang van de zon in het jaarverloop.
  • Het leven van de plant manifesteert zich in uitbreidende en samenstrekkende processen (Goethe)
  • De ontwikkeling van zaad naar bloem is een stijgende stroom, die van bloem naar zaad een dalende.
  • Na het langere tijd kijken naar een kleur, ontstaan er een nabeeld met de complementaire kleur (bijv. rood-groen, oranje-blauw).
  • Na het langere tijd kijken naar een waterval, krijg je stijgend water te zien.
  • Het afnemen en het wassen van de maan zijn tegengestelde stromen met als bijzonderheid: Bij de ene overgang verdwijnt de maan in de ochtendzon en komt uit de avondzon te voorschijn.

De twee tegengestelde stromen
bij de ontwikkeling van wintertarwe van zaad tot zaad

Bij gebruik van kunstmest, bij overbemesting en bij andere belemmeringen kunnen de halmen niet uitgroeien tot krachtige, lange halmen.

De plant doorloopt het tweede deel van de stijgende stroom gebrekkig. Het graaneigene, het geordende, als een samenhangend geheel zich openen aan het licht, kan zich niet manifesteren.

Zeer snelle ontwikkelingen
-
achter de feiten aanlopen

De afgelopen decennia veranderde de productie van voedsel in zeer hoog tempo, de (voedings)wetenschap holt voortdurend achteraan. De langetermijneffecten van zogenaamde gewasbeschermingsmiddelen op de zenuwen, de longen, de darmen etc. kunnen met bevolkingsonderzoek en toxicologisch onderzoek in kaart gebracht worden. Wanneer er een duidelijke verdenking is, zoals bij de ziekte van Parkinson, kan het echter nog decennia / eeuwen gaan duren alvorens ook met kostbare, grootschalige onderzoeken de correlatie "hard gemaakt is" / wetenschappelijk aangetoond is.

Het onderzoek naar high-tech voedsel riep een vraag op die veel nieuw inzicht kan brengen. Wat betekent voor de voedingswetenschap en haar beoordelingen van voedingswaarde "A calorie is not a calorie"?

Export kunstmatig geteelde produkten
-
om snel veel geld te verdienen

Nederlandse beleidbepalers subsidiëren en promoten high-techvoedsel, zoals bijv. tomaten groeiend op substraten onder led-verlichting. Zo geproduceerde tomaten kunnen lijken op tomaten die in een samenspel met hemel en aarde ontstaan zijn.

De levende natuur werkt sowieso veel milieuvriendelijker (zonder stroomgebruikende machines voor intensieve luchtcirculatie, gelijkmatige temperatuur- en vochtverdeling)

Onderzoek naar samenhangen tussen ultra-bewerkte levensmiddelen en gezondheid heeft nieuwe vragen doen ontstaan. Toch wordt er grootschalig geïnvesteerd in die andere vorm van ultra-bewerkte levensmiddel, de high-tech-teelt.

Voordat een geneesmiddel verkocht mag worden, moeten eerst testen bij mensen uitgevoerd worden. Voor nieuwe voedingsproductiemethodes is dat niet het geval. De consument wordt tot proefkonijn. Beperken we ons tot de visie van het Nederlandse voedingscentrum, zijn zulke stoffen, die onder geïsoleerde, geacclimatiseerde en gestandaardiseerde omstandigheden samengesteld zijn "gezond".

Hoe verandert door "hygienisch veilig" high-techvoedsel de ontwikkeling van je immuunsysteem, is een van de vele voedingskundige vragen met vergaande maatschappelijke en economische consequenties.

"Bemesting zorgt voor levendigheid"

Bij meer kennis van samenhangen tussen productie, bewerking en de gezondheid van de mens zal er meer waardering komen voor het werk van de biodynamische tuinders en boeren. Een goede bemesting zorgt voor levendigheid en goed gerijpte levensmiddelen met een hoge biodiversiteit aan substanties.

Maria van Boxtel schreef een verslag van een bijeenkomst op Warmonderhof op 15 december 2022 met BD-boer en praktijkleraar Martin von Mackensen.

Martin-von-Mackensen-verslag-BD-vereniging-MvB-EW.pdf

Martin von Mackensen: Dier is plezier

Biodynamisch kiest nadrukkelijk voor dierlijke mest. Wat doet dat dier in de landbouw? "Dieren bewegen, hebben lol en plezier in grazen, liggen en rondlopen. Een dier is er gewoon, wij als mensen kunnen onszelf bevragen en iets anders gaan doen, een dier doet gewoon waar hij of zij geschikt voor is. Zij zetten om. Een koe bijvoorbeeld, die herkauwt wel acht uur per dag. Daarbij neemt ze ook waar: ze graast aan deze plant in dit jaar. Die vertering in alle koeienmagen vernietigt de vorm van de plant, waarbij kracht en informatie vrijkomt."

Voer van elders is dan een verstoring voor de koe, want dat geeft informatie waar ze minder mee kan. "De mest is dan ook minder passend en geschikt als bemesting. Natuurlijk bevat die mest nog de benodigde stikstof, koolstof en andere stoffen, maar niet de informatie over de eigen omgeving.

Veevoeding bestaat voor de helft uit voer en voor de andere helft uit alles wat de koe in haar omgeving waarneemt en met haar zintuigen waarneemt, buiten, in relatie met de kudde. Die relatie is belangrijk, de koe staat ook in relatie met alle vogels in de wereld." Waar staat het sappigste graspolletje, welk kruid smaakt wat bitter? "Die emotie van het dier, daar vind je iets van terug in de producten."

Martin von Mackensen frummelt zijn vingers samen tot een propje. "Een regenwormdrolletje, dat is echt van de regenworm, dat kan je niet namaken. Een koeienvlaai is echt van de koe.

In de biodynamische landbouw willen we dus bedrijfseigen voer voor eigen dieren, niet vanwege de klanten of om andere redenen, maar vanwege de informatie in de mest." Dat maakt ook voor klanten de beleving navoelbaar. "Het mooiste verhaal voor de klant is toch 'dit is melk van een koe waar de zwaluwen omheen cirkelen'?"

Home · contact · Een Klaar Zicht © 1995 - 2024