menu

25 maart, 24 juni, 24 september en 25 december,
de vier seizoensdagen als feestdata

Sinds de regering van keizer Constantijn werd in het westerse Romeinse rijk op 25 december, destijds de dag van de winterzonnewende, de geboorte van Jezus gevierd.

Traditiegetrouw viert de kerk op 25 maart de aankondiging (annunciatie) door de engel Gabriel aan Maria. Negen maanden later, op 25 december, volgt het geboortefeest.

Voor de Roomse katholieke kerk waren de eerste dagen van de seizoenen en de weekdagen belangrijke dagen. Dankzij onderstaande uit het Latijn vertaalde tekst, die aan Dionysius Exiguus toegeschreven waren, maar waarschijnlijk later door anderen toegevoegd zijn, krijgen we een eerste indruk hoe hij de eerste lentedag verbond met de aankondiging en de incarnatie.

This text was translated by Michael Deckers, 2006, who kindly placed it in the public domain. This file and all material on this page is in the public domain - copy freely.

Argumentum 15. On the day of the equinox and the solstice.

The day on which the Lord Jesus Christ was born into flesh from the Virgin Mary in Bethlehem is the one on which the day begins to increase.

The first equinox is on March 25, when day is equal with night. On this very day Gabriel annunciates to Holy Mary, saying: The Holy Ghost shall come upon thee, and the power of the Highest shall overshadow thee. Therefore also that which shall be born of thee shall be called the Son of God. [Luke 1.35, courtesy King James]

Also on this day Christ has suffered in the flesh.

The second solstice is on June 24, from which the day starts to decrease, and also when Saint John the Baptist was born. The second equinox is on September 24, on which day John the Baptist was conceived. And right from then on until the birth of the Lord and Saviour, the day becomes shorter than the night. From March 25 and until December 25, the days number 271.

And that number of days after our Lord Christ was conceived on Sunday March 25, our Lord Christ was born on Tuesday December 20. (LB ?)

On the day on which he has suffered death, 133 [? 33] years and 3 months have elapsed, which are 12 [thousand] 414 days. And that number of days after his birth took place on a Tuesday, he suffered death on a Friday: he was born on December 25 and suffered death on March 25.

From when our Lord Jesus Christ was baptized, there were 2 years and the days numbered 90, yielding 820, with its leap days, and so he was baptized on the day January 06, a Thursday, and suffered death, as I said above, on March 25, a Friday.

With its leap days this yields 12 [thousand] 415 days altogheter, and 90 days (from) January 06 to March 25.

In het Latijn:

Argumentum XV. De die aequinoctii et solstitii.

Qua die natus est Dominus Jesus Christus secundum carnem ex Maria Virgine in Bethlehem, in qua incipit crescere dies.

Aequinoctium primum est in VIII calendas Aprilis, in qua aequatur dies cum nocte. Eodem die Gabriel nuntiat sanctae Mariae, dicens: Spiritus sanctus superveniet in te, et virtus altissimi obumbrabit te. Propterea quod ex te nascetur, vocabitur Filius Dei.

In qua etiam passus est Christus secundum carnem.

Solstitium secundum est VIII calendas Julii, quando etiam natus est sanctus Joannes Baptista ex quo incipit decrescere dies. Aequinoctium secundum est VIII calendas Octobris, in qua die conceptus est Joannes Baptista. Et hinc jam minor efficitur dies nocte, usque ad natalem Domini Salvatoris. Ex VIII calendas Aprilis et in VIII calendas Januarii, dies numerantur CCLXXI.

Unde secundum numerum dierum conceptus est Christus Dominus noster in die dominica VIII calendas Aprilis, et natus est in III feria XIII calendas Januarii (LB ?)Christus Dominus noster.

In die qua passus est, fiunt anni CXXXIII [? XXXIII] et menses III, qui sunt dies XII CCCCXIIII. Unde secundum numerum dierum ejus stat cum III feria natum, et passum VI feria: natum VIII calendas Januarii, passum VIII calendas Aprilis.

Ex quo baptizatus est Jesus Christus Dominus noster, fiunt anni II, et dies numerantur XC, qui fiunt DCCCXX, cum bissextis diebus suis, ac sic baptizatur VIII idus Januarii die, V feria, et passus est, ut superius dixi, VIII calendas Aprilis, VI feria.

Cum bissextis diebus suis fiunt simul dies XII CCCCXV, et (ab) VIII idus Januarii in VIII calendas Aprilis dies XC.

25 maart - getallenmystiek

In de Roomse traditie werd 25 maart niet alleen voor de dag van de incarnatie en aankondiging, maar ook voor de sterfdag gehouden.

Voor bepaalde andere Christelijke groeperingen was 25 maart de dag van de verrijzenis. 25 maart zou ook de dag zijn waarop de zon en de volle maan geschapen zouden zijn.

Getallenmystiek was een belangrijke oorzaak van de uiteenlopende opvattingen over het geboorte- en het sterfjaar.

Hoeveel jaar na de incarnatie -
uitgaand van het consuljaar van Probus Junior

Dionysius Exiguus rekende o.a. met de Egyptische (Alexandrische) cyclische maanperiode van 19 jaar en andere cycli. Hij hanteerde voor zijn berekening van de Paasdata de Juliaanse kalender en de Romeinse telling van de regeringsjaren van de consul.

Over de wijze waarop Dionysios "annus ab incarnatione Domini nostri Jesu Christi" bepaalde, ontstonden verschillende meningen.

Komt onderstaande tekst van hemzelf of is dit ook een later toegevoegde tekst?

This begins the argumenta on the determination of Easter by the Egyptians, carefully investigated as shown in the following.

First Argumentum. On the years of Christ.
If you want to find out which year it is since the incarnation of our Lord Jesus Christ,
compute fifteen times 34, yielding 510;
to these always add the correction 12, yielding 522;
also add the indiction of the year you want, say, in the consulship of Probus Junior, the third, yielding 525 years altogether.
These are the years since the incarnation of the Lord.
Deze (alleen voor vakmensen navolgbare) berekening in het Latijn:
Incipiunt argumenta de titulis paschalibus Ägyptiorum investigata solertia ut praesentes indicent.
Argumentum primum. De annis Christi.
Si nosse vis quotus sit annus ab incarnatione Domini nostri Jesu Christi,
computa quindecies XXXIV, fiunt DX;
iis semper adde XII regulares, fiunt DXXII;
adde etiam indictionem anni cujus volueris, ut puta, tertiam, consulatu Probi junioris, fiunt simul anni DXXV.
Isti sunt anni ab incarnatione Domini.

Copyright (C) Michael Deckers 2003

Home · contact · Een Klaar Zicht © 1995 - 2024